Executieve functies zijn de basisvaardigheden die kinderen, jongeren, volwassenen nodig hebben om een taak uit te voeren zoals: organiseren, plannen, starten, blijven doordoen, impulsen beheersen, emoties reguleren, zich aanpassen en herstellen...
Wij onderscheiden 4 executieve functies:
Wij onderscheiden 4 executieve functies:
- Inhibitie: De spellen die inhibitie trainen hebben als doel een bepaalde reactie uit te stellen of te bedwingen. Dit kan gaan over een handeling of over een emotie. Verschillende van deze spellen werken volgens het principe van poker. Bij poker is het immers belangrijk te verbergen welke kaarten je hebt, dit betekent je natuurlijke reactie bedwingen en een ‘pokerface’ opzetten. Je moet je vreugde of teleurstelling ‘uitstellen’.
- Werkgeheugen: De spellen die werkgeheugen trainen hebben als speldoel het vasthouden van informatie. Het kan gaan over onthouden van informatie, maar ook ruimer bijvoorbeeld positie of handeling. Alle spellen beogen het vasthouden van informatie terwijl nog andere stappen in het spel dienen gezet worden. Er moet ‘gewerkt’ worden met de informatie in het geheugen. Het is dus meer dan louter memoriseren.
- Cognitieve Flexibiliteit: De spellen die cognitieve flexibiliteit trainen, vragen van de spelers een soepel denken. Het spelverloop ligt niet vast en kan elk moment in het spel wijzigen. Dit betekent dat strategieën vaak ook niet dezelfde kunnen blijven gedurende het volledige spel.
- Planning: De individuele spellen die planning trainen zijn meestal solitaire puzzels. Ze vereisen een logisch nadenken en stapsgewijs handelen. Impulsief te werk gaan is nefast voor een goed resultaat. Planmatig verschillende oplossingen aftoetsen is hier belangrijk. De spellen die planning trainen vereisen logisch nadenken en stapsgewijs werken. Je dient rekening te houden met voorgaande en volgende fases/stappen in het spel. Initiatief en controle blijven het hele spel door belangrijk.